zondag 29 mei 2011

Een heleboel mama's en papa's...


Heleboel verhalen zijn eigenlijk ontstaan vanuit dingen die ik oorspronkelijk voor mijn twee zoontjes bedacht. Zo maakte we in 2006 een reis naar de Slagroom-ijsberg. Een spannende reis vol avonturen. Iedere avond voor het slapengaan maakte ik een tentje van het stapelbed en deden we net of we in de avonturenduikboot zaten. Ik had een kaart gemaakt en een tekening van ons vervoersmiddel. Eigenlijk om het ter plekke verzinnen van de verhalen makkelijker te maken.

Een paar jaar later diende het als basis voor de Hoe jij-ontdekkingserie.

Onlangs viel mijn oog weer op de twee tekeningen. Mooi om te bedenken dat ik -op het moment dat ik deze tekeningen maakte- nog geen idee had dat het verhalen*laboratorium een paar jaar later werkelijk zou worden. En dat een heleboel mama's en papa's samen met hun kinderen een paar jaar later ook op reis zouden gaan om de Wonderbaarlijke Avontureneilanden en de Magistrale avonturenplaneten te ontdekken.


Patz

donderdag 26 mei 2011

Gregor Groentestein's avonturen in filmland: entry 4: het uitzicht verandert continu


Ik ben begonnen aan de lange weg om De Buitengewoon Opmerkelijke Dagboeken van Gregor Groentestein door middel van film of tv te gaan vertellen. Op deze plek breng ik verslag uit van mijn filmavonturen. Nu deel 4.

Ik ben er altijd vanuit gegaan dat Gregor Groentestein een live-action film zou gaan worden. Een film met acteurs dus. Geen teken- en geen animatie film. Gregor is namelijk in mijn hoofd een echt jongetje. Met echte-jongetjes problemen en gedachtes. Dat hij tijdens het hele verhaal ook met tot leven gewekte wezentjes van groenten aan het ronddollen is zag ik als een minor thing.

Iedereen uit de filmwereld die ik gesproken heb in het kader van mijn queste om Groentestein tot leven te wekken in film of tv zuchtte bij de gedachte dat er groentegriezels rondliepen in het verhaal. Niet omdat het niet leuk zou zijn, maar omdat het technisch gezien een enorme uitdaging zou gaan worden. Nagenoeg iedereen had het over een mix tussen echte acteurs en door de computer tot leven gewekte wezentjes. Niet alleen maakt dat het maken van een film veel ingewikkelder, ook veel duurder. Heel veel duurder als je het goed wil doen.

Dan ben ik nog van het experimenteren. Stop kinderen in een pak en ga kijken hoe dat er uit gaat zien. Kijken of de lulligheid daarvan een extra effect geeft. Maar filmproducenten zijn niet zo van het experimenteren. Experimenteren is namelijk duur. En heel erg duur als je het goed wil doen.

Het project leek in een kleine impasse terecht te komen tot ik plots een filmproducent tegen het lijf liep die een zaadje in mijn kop plantte. Wat als we Groentestein helemaal in computeranimatie zouden gaan produceren?

Zoals ik in een eerdere entry al zei; Het verhaal van Groentestein kent twee lagen. Het jongetje dat grappige groentewezens tot leven wekt en het verhaal van een jongetje zich niet helemaal thuis voelt in deze wereld. Dat dat eerste gedeelte in animatie kon worden uitgevoerd zag ik wel voor me, ik had moeite met verhaal twee in animatie. Emotie. Zou het publiek zich kunnen gaan binden met die gekke nerd Gregor.

Toch besloot ik eens een verkenning te gaan doen in de wereld van animatie. Ik ging op zoek naar emotie in animatie. Ik keek stapels films. Bekende en onbekende. En kwam bergen emotie tegen.

De twijfel blijft. Maar ik weet nu wel dat het mogelijk is.

Steeds verder ontwikkelen de beelden zich rond een verfilming van Groentestein. Een reis vol voortschrijdend inzicht. In zo horen reizen ook te zijn namelijk. Leren en om je heen kijken. Want het uitzicht verandert continu.

Patz



donderdag 19 mei 2011

Het huis van de 100.000 verhalen.


Zoals jullie waarschijnlijk wel weten ga ik regelmatig op verhalen*safari. Niet alleen om verhalen te vinden waar we bij het verhalen*laboratorium wat mee kunnen, ook ben ik gewoon dol op verhalen. Meestal moet je een beetje om je heen kijken om ze te vinden. Maar soms denderen ze op je af.


Twee etages vol aangespoelde en opgedoken voorwerpen.

Ik denk dat er in het Wrakkenmuseum op Terschelling wel een boekenkast vol verhalen te vinden zijn. Sommige verhalen kosten wat moeite, andere liggen nagenoeg aan de oppervlakte. En als je niet oppast mis je nog het grootste verhaal; het museum zelf natuurlijk.

Voor een toegangsprijs van een paar euro ben je een week lang welkom op deze verhalen-boerderij waar je niet alleen een kijkje kan nemen naar de enorme collectie gevonden zee-dingen, maar waar ook een prachtige zwerfhout-piraten-speeltuin te vinden is. En omdat het eigenlijk om een uit de hand gelopen hobby gaat van een cafe-eigenaar is een kop koffie met taart ook nog eens in de buurt.

Goeie tip als je ooit nog eens op verhalen*safari bent op Terschelling!


Grappige, maar ook intrigerende flessepost


De klauterspeelplaats.


Patz


PS. schuin tegenover het Wrakkenmuseum kom je ook nog eens de boekenboer tegen. He-le-boel tweedehandse boeken voor een prikkie!


zondag 8 mei 2011

Kermisspul


Bijna ieder jaar zitten we in de zomer een weekje in een dorpje in de Lot in Frankrijk. Dat heeft alles te maken met een hele lieve schoonmoeder (ja mensen, ze bestaan ;-) die daar woont en mijn kids die het geweldig vinden om daar rond te struinen.

Bijna ieder jaar zijn we daar tijdens de nationale feestdag. En voor het dorpje betekent dat er op het marktplein een kermis neerstrijkt.

Mijn jongens zijn in de eerste instantie gek op die kermis. Dat heeft alles te maken met het feit dat je bij iedere attractie makkelijk iets kan winnen. Inmiddels ben ik al tot de ontdekking gekomen dat het geluk om de prijsjes van korte duur is. Iedere prijs stort na een dag spelen uit elkaar. En de teleurstelling is iedere keer weer groot. Is de kermis helemaal niet meer zo leuk. Dat speelgoed hebben we met zijn allen omgedoopt tot 'kermisspul'. Een mooi woord voor troep.

Kwaliteit blijkt ingewikkeld te zijn. Met zijn allen nemen we dagelijks genoegen met 'kermisspul'.

Iedere keer als ik de fiets pak en 20 minuten fiets om naar een hele goeie bakker te gaan ( 5 x per jaar) vraag ik me af waarom ik toch iedere dag genoegen neem met dat kermis-brood van de supermarkt. Iedere keer als ik kaas koop op de markt vraag ik me af waarom ik dat niet vaker doe. Kom ik tot de ontdekking dat die kaas veeel lekkerder is. Meer smaak heeft.

En dat gaat op voor 80% van alle aankopen die we doen. Een vriend van me kocht een kekke fiets. Lekker hip. En nog goedkoop ook. En een half jaar later was het een weggeroest wrak. Kermisspul. Teleurstelling. En weer kocht hij een Kermisfiets. Bij de Hema. Lekker goedkoop. En weer rot hij weg waar je bij staat. Waarschijnlijk onnodig om te zeggen dat hij inmiddels een kwalitatieve fiets had kunnen kopen.

Ik begin daar steeds meer op te letten. Liever kwaliteit. Als het even kan. Dan maar even doorsparen. Dan maar wat minder brood eten. Maar wel genieten als je goed brood proeft.

1 van de peilers van de spullen die we bij het verhalenlaboratorium hebben is kwaliteit. Omdat we simpelweg geen lol hebben in het maken van kermisspul. En da's best ingewikkeld omdat je steeds de vraagt krijgt of het wel het geld en de moeite waard is. Dat waarschijnlijk mensen die kwaliteit toch niet zien. En dan kom ik steeds weer terug met hetzelfde antwoord; Ik doe het omdat ik geen lol heb in het maken van kermisspul. En als ik geen lol heb in wat ik doe ga ik wel wat anders doen.

We zijn nu eenmaal een verhalen-circus en geen verhalen-kermis.

Patz







donderdag 5 mei 2011

So close.

Het is raar om plots op een plek in je leven te zitten en te beseffen dat je wel erg dicht bij het materialiseren van een groot aantal van je dromen zit. Soms heb ik het gevoel gehad dat het allemaal niet snel genoeg ging, nu realiseer ik me dat het juist enorm snel is gegaan. Ik ben er nog niet, maar het is zo dicht bij dat ik het bijna aanraken kan.

En da's best een raar gevoel.

Er zijn de afgelopen 4 jaar al een groot aantal dromen werkelijkheid geworden. Ik kan me nog als de dag van gisteren herinneren dat ik bij een uitgever te horen kreeg dat ik er niet vanuit moest gaan dat ik ooit met verhalen mijn geld zou kunnen verdienen. Dat was nogal een uitspraak aangezien ik net mijn hele carrière door de wc had gespoeld om met verhalen mijn geld te gaan verdienen.

Inmiddels zijn we dat station redelijk geruisloos gepasseerd. De uitgever bleek het gelukkig mis te hebben.

Gelukkig weet ik dat er achter iedere droom die uitkomt er weer een andere nieuwe droom verschijnt. Want wat moeten we hemelsnaam als al onze dromen zijn uitgekomen?


Patz




zondag 1 mei 2011

'Kijk eens pap, wat ik gemaakt heb!'

27 april was het 5 jaar geleden dat mijn grootste leermeester, inspirator en vader ergens aan het einde van de ochtend en het begin van de middag zijn laatste adem uitblies. Hij zou een paar weekjes later 89 zijn geworden.

Hij was emigrant. Net zoals alle trotse Indo's zou hij de term zelf nooit gebruiken. Ondanks zijn donkere uiterlijk en zijn accent voelde hij zich Nederlander. Hij kwam immers uit Nederlands-Indië. Maar de Nederlanders dachten daar duidelijk anders over. Terwijl iedereen wist dat Nederlands de voertaal was waar hij vandaan kwa, kreeg hij bij zijn aankomst een Nederlands kinderboek voor kleuters om Nederlands uit te leren. En net zoals vele indo's knikte hij beleefd en nam het boekje aan. Later vertelde hij dat die mensen daar waarschijnlijk ook niets aan konden doen omdat ze niet beter wisten. En dat kon hij ze toch niet kwalijk nemen.

Net zoals zijn generatie-genoten had het leven van mijn vader grotendeels op een scharnierpunt van twee tijdvlakken plaatsgevonden. Daardoor was hij niet alleen pijnlijk getuige van een wereldoorlog en de verbanning uit zijn geboorteland, ook zag hij in zijn leven de eerste auto's rijden en uiteindelijk spaceshuttle's de ruimte in vertrekken.

Het moet niet makkelijk zijn geweest om zelf grootgebracht en opgevoed te worden in een post-industrieel koloniaal Nederlands-Indië en later zijn vier kinderen te moeten opvoeden in een tijd van protest en technologische reuzenstappen. Ondanks het feit dat hij eigenwijs kon zijn stond hij uiteindelijk open voor nieuwe inzichten. Was hij -weliswaar na lange discussies- in staat om zijn visie te wijzigen en in te zien dat hij het misschien wel mis kon hebben.

Zo was hij opgevoed met het gegeven dat een goede stabiele baan geluk betekende. En daarom juist zo bijzonder dat hij mij vol liefde toeliet om allerlei opleidingen en vage dromen te volgen. Dat hij mijn eerste onzekere stappen als ondernemer toejuichte.

Hij was niet een man die te koop liep met zijn vermogen om te fantaseren en te dromen. Toch heeft mijn vader zijn jaren in een Japans concentratiekamp overleeft door in zijn hoofd een niet bestaande gedetailleerde wereld te creëren waar hij naar toe kon vluchten. Een wereld waar alles perfect was en waar hij alles onder controle had. Waar niet de brute bewakers je ieder moment konden mishandelen of vermoorden. Een wereld die er voor zorgde dat hij de moed niet liet varen. Zijn grenzeloze fantasie redde hem letterlijk zijn leven.

En nu heb ik die fantasie. En leer mijn kinderen dat hun fantasie goud is. Dat papa daar andere mensen blij mee maakt en er zijn geld er mee verdiend en dat diezelfde fantasie Opa zijn leven heeft gered. En hoop ik dat ik mij net zo kan aanpassen aan de tijd zoals mijn vader dat heeft gedaan. Dat ik leer van mijn kinderen en dat ik hun dingen kan leren zonder belerend te zijn. Kan toegeven fout te zitten en kan inzien dat mijn visie wellicht niet altijd de juiste hoeft te zijn.

Op mijn allereerste gepubliceerde verhaal schreef ik op de omslag;

'Opgedragen aan de man die mij zoveel

heeft gegeven en van wie ik zoveel heb mogen leren.

'Kijk eens pap, wat ik gemaakt heb!'


En dat gevoel heb ik nog steeds bij alles wat ik doe. En ik weet dat hij over mijn schouder meekijkt en geniet als ik weer wat nieuws laat zien.


Patz


Ps. Edward van der Sloot werd geboren op 15 mei 1917 te Tjimahi, Nederlands-Indië en stierf op 27 april 2006 in Delft, Nederland.